Pyreneeën. Ja, alweer! 02 – Ik zag hem niet aankomen!

Zondag 16 juni. Op Booking vinden we een hotel in Carpentras en we besluiten om dat meteen te boeken. Want de spoeling is dun, in Carpentras. Het eindpunt van vandaag. Na driehonderdzeventig kilometer sturen. Als we in de stad aankomen, om half zes in de avond, en de straat inrijden waar het hotel zit kijken we verbaasd om ons heen. De straat, meer een steeg eigenlijk, oogt alsof El Baghdadi hier binnen drie minuten een moord gaat plegen. De ingang van het hotel oogt potdicht. Als we deur proberen… die is open. Het klopt. Als een bus. Eenmaal binnen kijken we nog verbaasder. Het hotel is naar schatting vierhonderd jaar oud. Driehonderd jaar geleden heeft Jan des Bouvrie huisgehouden met een blik verf een daarna is er nooit meer wat aan gedaan. De receptie staat vol met antiek. Een vriendelijke dame biedt ons kamers aan en als we die bekijken is de allereerste reactie: oude meuk. Maar als ik beter kijk is dat niet helemaal waar. De hele boel ademt historie. En eigenlijk is het prachtig. We hebben alreeds geboekt dus we accepteren en gooien de spullen neer. Niet te hard, natuurlijk de tent moet nog honderd jaar mee.

Naar buiten. Carpentras Centre verkennen. Dat is een tegenvaller. Zondagavond, dus alles gesloten. Het centrum, een leuk wandelgebied… uitgestorven. Dat had ik niet zien aankomen toen ik deze rit plande. We ontdekken een klein supermarktje dat open is en waar we iets drinkbaars vinden. We ontdekken een Dominos Pizza en daar scoren we iets eetbaars: pizza’s. Domme vraag. Dominos is altijd open. En dan sjokken we weer terug. Met zevenentwintig graden is het lekker warm. Op onze ontdekkingstocht door de krochten van Carpentras komen we ook door buurten die verstopt worden door Algerijnen en Marokkanen. Zo zien ze er uit, in ieder geval. Ik ben geen kenner. Na een paar straten en weer terug in het centrum hebben we onze portemonnees nog. Waarvan akte.

Hoe we hier gekomen zijn? Rijdend. Dat allereerst. We vertrekken om half negen uit Annecy. Na een prima nacht en een nog beter ontbijt. Als we de brommers opladen is het strakblauw en met een dikke twintig graden al uiterst aangenaam. De eerste anderhalf uur doen we de tolweg. Dat schiet lekker op. Bij Grenoble draaien we door de buitenwijken en dan, als we de stad verlaten, slingeren we een berg op en mogen we sturen. Dat moet. Want die rotswanden zijn niet fijn om tegenaan te parkeren. De route die volgt is fantastisch. Hij slingert door de Vercors. We komen door een nauwe kloof, de Gorges de la Bourne, waar de weg volledig in de rotsen is uitgehakt. We worden hier ook nat. Nee, geen regen. Druipwater van de overhangende rotsen. We genieten volop. Daarna wordt het landschap meer open. Het is mooi rijden en hier hebben we ook weinig verkeer. En belanden we op een circuit waar we toch wel wat harder rijden dan Koos Spee fijn vindt. Kilometers bochten. Geweldig. Dan is het toch wel behelpen met drie op- en afritten van de A20. We komen ook een club Franse motorrijders tegen, waarschijnlijk locals, die tekeer gaan als blinde idioten. Daar gaan we niet aan meedoen. In een dorpje vinden we een restaurantje en we willen wat eten. Maar een Burger met alles erop en eraan om half twee, dat is ons te machtig. In een volgend restaurant hebben we meer geluk. We doen aangeklede tosties en uitsmijters. Ze heten hier anders maar dat mag de pret niet drukken. We weer door.

De Mont Ventoux. We zien hem in de verte ineens opdoemen. Met het schitterende weer is de witte mast op het weerstation op de top vanaf honderd kilometer zichtbaar. We rijden omhoog vanuit het Noorden en het is de eerste keer dat ik dit doe. De voorgaande pakweg acht keer dat ik de Mont Ventoux reed deed ik het vanuit het Zuid-Oosten. Het is druk omhoog. Veel fietsers. Een bekend fenomeen hier. Het is geweldig mooi sturen omhoog en als we eenmaal boven zijn, op de top, genieten we van het ongelofelijke uitzicht. Het is vrij helder en we kunnen honderden kilometers ver kijken. Prachtig. Op de top lanceer ik de drone. Ik krijg geen meldingen op de controller dus de Fransen vinden het goed. Op het scherm zie ik prachtige beelden.

Nu kijken hoe de bedden zijn.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.