Een huis opknappen, leuk!

Na pakweg achttien jaar is de vloerbedekking op onze trappen versleten. De oorspronkelijke kleur, gemeleerd bruin, valt ook niet echt meer te herkennen. Het neigt naar zwart, vooral op het midden van elke trede. Dus even fluks een nieuw tapijtje besteld. Hoe moeilijk kan het zijn. Maar dan begint het gesodemieter. Met een strak nieuw tapijtje vinden we de muurbekleding eigenlijk ook geen ponem meer. Dus die gaat er ook vanaf. En laten we dan de twee overlopen ook maar meteen meenemen. En die slaapkamers? Die zien er dan eigenlijk ook niet meer uit. En voor je het weet is dan de hele boel kaal en sta je in een behangzaak te bakkeleien over een nieuw papiertje dat er tegenaan moet. Zeshonderd boeken met stalen om door te werken, ga er maar aan staan. Maar met hulp van een verkoopster die weet waar Abraham de mostert vandaan haalt komen we eruit en inmiddels is de boel opnieuw beplakt door twee aardige jongens. Eén uit Macedonië en één uit Polen. Ze zijn al jaren in Nederland, spreken de taal aardig en zijn uiterst vriendelijk en voorkomend. En snel en vakkundig bovendien. In slechts vier uur behangen ze drie kamertjes, een half trappenhuis en een halletje. En nog mooi ook.

Dan, een week later, komt een Nederlander de trappen stofferen. Type ruwe bolster blanke pit. Geen kwaaie vent maar wél het soort mens waarvan je voelt dat ie alles beter weet nog voordat je er zelf over begonnen bent. En ook het type waar je geen ruzie mee wilt maken. Een echte Hollander, zogezegd. Hij zou een Amsterdammer kunnen zijn. Dat is ie niet. Gelukkig is het niet nodig om ruzie te maken en legt ie de vloerbedekking snel en vakkundig onder het nuttigen van de nodige bakken koffie. Het ligt er strak in. We zijn er blij mee en we zijn weer een leuk bedrag armer.

Dan kijken we omhoog en ontdekken de achttien jaar oude plafonnières. Zullen we die niet ook? Ja, we zullen. Het vervangen van een armatuurtje is een tien minuten karweitje. Vol goede moed begin ik in de grote slaapkamer de twee schroefjes van de plafondinbouwdoos los te draaien terwijl ik sta te wankelen op de matrassen. Want dat bed, dat staat er natuurlijk al onder. De schroefjes houden het beugeltje van de oude lamp vast en dat moet eraf. Ik schroef me het apezuur maar de schroefjes verdommen het. Blijkt de schroefdraad in de inbouwdoos dolgedraaid. Daar kan je dus niks meer mee. Zo’n doos zit ingegoten in het beton en vervangen is er niet bij. Ik praat een tijdje met Onze Lieve Heer en besluit dan om de schroefjes eraf te slijpen. Met een Dremel. Ik heb zo’n ding. Handig. En het lukt. Maar nu heb ik een inbouwdoos zonder deksel en opnieuw dat deksel vastzetten gaat niet. Omdat die schroefdraad dol is. Dus. Uiteindelijk huur ik bij de Gamma een boorhamer, om in dat harde beton twee gaatjes te kunnen prikken, en hang ik de lamp dan maar vijftig centimeter verder met een stukkie verlengsnoer en een kabelgootje. Niet leuk, niet fijn, maar nood breekt wetten. Je moet toch wat. Ik zie kans om met een ander schroefje dat plaatje half vast te zetten en zet er dan een afdekplaatje overheen. Goed vastzitten doet het niet en het hangt een beetje op half zeven, maar het moet maar. Al met al kost het ophangen van dat onnozele lampje me een halve dag. Vanwege twee van die kutschroefjes. Hoe moeilijk kan het zijn.

Maar, het geheel ziet er weer toppie uit. We kunnen er weer tien jaar tegen. Minstens.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.