Stevens Stelvio – #9 – via bekend Bellevue in Vianden naar huis

Donderdag 24 juli. Vanuit het Zwarte Woud gaan we naar Vianden. Hotel Bellevue. Ik ben er bijna kind aan huis. Als ik daar nu binnenloop word ik welkom geheten bij mijn voornaam. “Hé Ron, ben je er weer?” Zo vaak ben ik hier al geweest door de jaren heen. Steven kent het van een lang weekend eerder dit jaar en hij stelt voor om er opnieuw te overnachten. Maar volgens Booking zit het vol. Dat zegt niks. Maar ook de website van Bellevue zelf geeft geen reserveringsmogelijkheden. Steven houdt vol: onzin!

We rijden over de lokale doorgaande wegen. Dat schiet op maar er is weinig aan. De mannen zijn het gestuur en geslinger over kleine binnenwegen zat. Ze willen naar huis. Dat eigenlijk. Maar dat is voor morgen. Half drie in de middag zijn we in Vianden. Steven zoekt meteen de receptie van Bellevue op en komt wat later naar buiten met de mededeling dat we toch twee kamers hebben. Poeheeee. Een kleine en een grotere familiekamer op verschillende etages. Prima hoor. Steven en ik installeren ons in de familiekamer. We zijn tenslotte familie. De motoren verdwijnen in de ondergrondse garage. Daarna meteen het inpandige zwembad in. Wat later check ik de sauna. Die doet het niet. Da’s jammer.

We doen boodschappen bij de plaatselijke benzinepomp annex kleine supermarkt. Op weg daarheen komen we langs een grote apotheek. Johan heeft kiespijn. Al een paar dagen eigenlijk. Dat is verrekte vervelend. Naar binnen. In Vianden weet ik nooit precies welke taal er gebruikt moet worden dus haal ik alles door elkaar. Uiteindelijk wijs ik gewoon naar mijn tanden. “Zahnschmerzen!” roept de apotheker. Juist. Die had ik ook kunnen bedenken. Johan koopt het doosje met de sterkste dosering. Nu hopen dat het helpt. Ikzelf heb niks nodig uit de Super maar Steef heeft een deal met vrienden en koopt dozen sigaretten. Gezien het enorme prijsverschil met Nederland is dat gouden handel. Terug naar het hotel.

Steven kletst al dagen over de geweldige schnitzels van hotel/restaurant Petry. Zo groot als pizza’s! Nu wil Johan dat uiteraard meemaken. Ik haak af. Voor de broodnodige variatie doe ik een Gordon Bleu. Dennis doet mee. Als de schnitzels gebracht worden en we de borden bekijken valt het wat tegen. Het stukje gepaneerde vlees in het midden van het bord haalt het niet vergeleken met een pizza. Ik vermoed dat de kok er niet hard genoeg op geslagen heeft. Of het zijn restanten van een ander bord. Kan ook. De Gordon Bleu daarentegen is smullen!

Terug op de kamer krijgen we een appje van Johan. Wat ons kamernummer is. Wat later wordt er aangeklopt en staat Johan voor ons neus. Dennis is in slaap gevallen. Dennis snurkt. Hard. Héél hard. Dat is een bekend fenomeen. Er zijn gezinnen die hun vakanties hebben afgebroken nadat ze in een kamer ernaast vertoefd hadden. Herten in het bos zoeken ook vaak een veilig heenkomen. Allemaal niet zo erg want tot op heden heeft Johan dit kunnen fiksen door zijn matras ergens anders in de kamer neer te leggen. In een verre hoek. Maar dat gaat nu niet. Het is een kleine kamer. Er zijn geen verre hoeken. Onze familiekamer daarentegen heeft hoeken zat. “Mag ik mijn matras bij jullie neerleggen?” vraagt Johan. Tuurlijk kan dat. Daartoe moet hij wel zijn matras van de vierde verdieping naar de eerste slepen. Door het hele hotel heen. Bellevue is groot! Heel groot! De Bijbel bevat een paragraaf over zo’n exercitie, als ik me goed herinner. “Neem uw matras op en wandel”. Zoiets. Nu heeft Johan minder haar dan de man in de Bijbel en wandelen? Maar Johan is niet voor één gat te vangen. Een kwartier later staat hij weer voor onze deur, met een matras op zijn rug. Klus geklaard.

Vrijdag 25 juli. We vertrekken uit Bellevue na een stevig ontbijt. Terug naar huis. We doen alleen snelwegen. We gaan via de Biker Ranch in de Duitse Eifel. Een restaurant c.q. ontmoetingsoord voor motorrijders. Steef en ik zijn er eerder langs gekomen. In een weekend toen het er stampvol zat. Als we er nu rond lunchtijd aankomen zijn we, op een handvol kleine groepjes na, de enige. De mannen gaan weer aan de patat met schnitzel. Ik heb geen trek. Mijn ontbijt is nog niet verteerd. Een drankje vind ik voldoende.

We beoordelen de achterband van Johan. De staalgordel begint door het laatste restje rubber heen te schemeren maar die laatste driehonderd kilometer moet wel lukken.

Terug over Heerlen, Eindhoven, Tilburg en Breda. Het is druk. Heel erg druk. File’s. Kilometers lang. Gelukkig kunnen wij motorrijders er tussendoor. Iets over drieën rijd ik mijn KTM de tuin in. Klus geklaard.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.