Vakantie op Sardinie 5

Het is een dag later en we hebben spierpijn. En niet weinig. Tsjonge. We zijn duidelijk niks meer gewend. Omdat we gisteren een stukje gewandeld hebben. In de Gola di Gorropu. Gola betekent kloof. De kloof ligt in een nationaal park aan de oostkant van Sardinië. Het is anderhalf uur rijden met de auto. De laatste veertig kilometer rijden we over paswegen die een subliem uitzicht over de bergen geven. Het is een en al bochten rijden. Met de motor een feest, met de auto veroorzaakt het geslinger wagenziekte bij de dames achterin. Uiteindelijk arriveren we bij hotel Silana. Eén van de twee startpunten om bij de kloof te komen. Daar parkeren we de auto en we doen een broodje. Het is uiteraard onze bedoeling om die kloof te bekijken want we rijden het hele eind niet voor niks, maar we zijn niet helemaal strak geoutilleerd. Olga niet en ik al helemaal niet want alleen boulevardsneakers met een klein gaatje in de zool. Onze echte wandelschoenen liggen thuis. We lijken wel Duitsers. De bedenkers van de kloof hebben vergeten de paden te asfalteren. Er ligt grof grind en veel stenen voel ik door de zool prikken. Bij Olga iets dergelijks. Alleen Stefan en Irene hebben sportschoenen aan die goed werken op deze ondergrond. We hebben wel twee liter water bij ons. Dat gelukkig weer wel.

Vanaf hotel Silana moeten we zeshonderd meter afdalen naar de ingang van de Gorropu. Daar mogen we vier kilometer over doen. Over een geitenpad met regelmatig ook klauterwerk over rotsblokken. Na twee kilometer afdalen maak ik me wat zorgen over die kloteschoenen maar terug omhoog in de hitte is ook niet fijn. We lopen door. Totdat we mensen inhalen waarbij een meisje op veredelde teenslippers. Mijn zorgen zijn in een klap over. Als zij het aandurft, waar zeur ik dan over? Na zo’n anderhalf uur sjouwen en de laatste honderd meter serieus omlaag klimmen over rotsblokken bereiken we de ingang van de kloof. Daar is het redelijk druk. We moeten vijf euries per persoon aftikken om de kloof zelf in te mogen. Dat was ons al bekend.

De route door de kloof is gemarkeerd door groenen stippen en pijlen. Dat betekent niet dat deze een goed begaanbaar pad aanduiden. Nee, ze geven de meest eenvoudige route aan om over de rotsblokken, soms twee meter hoog, te klimmen. Olga en Irene doen een poging maar haken al snel af. Ze vinden het risico tot uitglijden en een been (of erger) breken te groot. Stefan en ik zetten door en dan ontdekken we dat die grote rotsblokken niet de hele kloof vullen. Eenmaal een barrière genomen is de vloer erachter goed te doen. De kloof is smal, prachtig en de wanden zijn enorm hoog. Het maakt dat je je als mens nietig voelt. We kijken wat rond, dringen wat dieper in de kloof door en keren dan om. Immers, de vrouwen zitten te wachten en we willen ze niet ongerust maken.

De kassa biedt ook de mogelijkheid om een Jeep te bestellen die ons terug naar boven, naar de auto brengt. Het startpunt van die Jeep is echter wel twee kilometer verder het dal in. Het bespaart vier kilometer terug naar boven lopen en klauteren in de hitte. Het kost vijftien euries de man maar we doen het. De wandeling gaat nu over een goed begaanbaar pad dat betrekkelijk vlak is. We hebben er precies een uur voor nodig om bij het startpunt van de Jeep te komen. Het ding arriveert een kwartier later en we stappen in met nog vijf andere mensen. Off-road rijden met een Jeep heeft ook wel weer wat. Mijn enige kanttekening hier: goed vasthouden! En nee, Parijs-Dakar is niks voor mij.

Nu, een dag later, is uit bed stappen een dingetje. De beentjes zitten vast. Gelukkig is dat maar tijdelijk. Vandaag doen we lui bij het zwembad.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.