Malaga, the place to be (1)

Na jaren in Italië te hebben rondgeslenterd, de laatste drie jaar in Toscane, wilden Ollie en ik nu eens wat anders. Spanje is prachtig horen we overal. We zijn er nog nooit geweest dus het wordt hoog tijd. Accoord, ik heb ruim een maand geleden op de brommer de Spaanse Pyreneeën onveilig gemaakt en dat was een feestje maar dan zit je pas op de grens. We hebben een huis in Malaga gehuurd, nee, niet in de buurt van de Nederlandse kolonie in Torremolinos. Om na drie uur vliegen terecht te komen op een boulevard op een terrasje voor Broodje van Kootje, dat is niet helemaal ons idee van vakantie vieren. Alhoewel die broodjes best geweldig kunnen zijn. Niks ten nadele van Kootje. Nee, ons huis is van een particulier die in de zomermaanden het spul verhuurt aan toeristen. Het staat in Rincon de la Victoria, Drie slaapkamers, een living met balkon(netje), een tamelijk luxe badkamer en een tuin met een zitje en een paar relaxstoelen. En een zwembad in een parkje zo’n tweehonderd meter verderop.

We hebben de buren aan weerszijden geinformeerd. Zij doen de tuin zodat onze palm en de twee begonia’s netjes op tijd water krijgen. Wat moet je zonder buren? De wekker gezet op drie uur. In de ochtend. Kolere. Slapen lukt niet geweldig dus de wekker is niet echt nodig. Even voor drieën staan we overeind, aankleden, de koffers in de auto en naar Hoofddorp. De A20, A13 en A4 zijn vrijwel verlaten. Even over vieren staan we in Hoofddorp alwaar een goede nicht van Olga zich over de auto ontfermd en ons met onze eigen auto de laatste vijf kilometer naar Schiphol rijdt. Ze neemt het blik mee en zet hem op eigen erf. Dat scheelt zo’n honderd euro aan parkeren. Ik blijf het eensmerige vorm van zakkenvullerij vinden, die absurde parkeerkosten. Maar op deze manier is het keurig opgelost.

Het blijkt dat ik met reserveren van de vlucht extra beenruimte heb geboekt want we zitten royaal bij de nooduitgang. Maar die nooduitgang schept verplichtingen want de stewardess komt ons vragen of we in geval van nood aan een paar handels willen rukken. Tuurlijk willen wij dat. We zijn tenslotte ruimhartige Hollanders. Als die ene piloot even wil pissen en wordt buitengesloten zodat die andere piloot een paar loopings met die Boeing wil maken, dan stappen Ollie en ik als eerste uit als die piloot zich vergist met zijn loopings. Dan gaan wij echt niet zitten wachten hoe dat afloopt. Met een gul gebaar bied ik de stewardess aan of ik misschien even mag even oefenen, met die deur, maar dat hoeft niet. Da’s dan weer jammer.

De vlucht gaat voorspoedig tot de landing. Op Malaga wordt het toestel naar een parkeerplek gedirigeerd waar blijkbaar niemand op heeft gerekend en er zijn geen trappen. We zitten en staan pakweg een twintig minuten te wachten tot er trappen zijn en een bus om ons over het platform te rijden. Ik sta op klappen en sta te verzinnen of ik de truc met die deur zal proberen, uitstappen via zo’n glijbaan is weer eens wat anders, maar dan verschijnt toch de bus. We mogen eruit. In de aankomsthal pikken we vlot de koffers op en gaan we op weg naar de autoverhuur om de auto, ruim een maand geleden geboekt, op te halen. De autoverhuur blijkt een grote hal waar zo’n acht verhuurders bij elkaar hun balies hebben. Volgens onze papieren moeten we ons bij Goldcar melden. Om onduidelijke redenen staat voor Goldcar de langste rij. Bij EuropCar, Avis en Sixt staat nauwelijks iemand. Misschien vanwege hun huurprijzen? Na een half uur in de rij maak ik een wandelingetje terwijl Ollie het fort bewaakt. Bij de balie hangt een papier “You will be served at our main desk at the left”. Left? Ik loop die kant op en zie ineens nog een balie van Goldcar. Met een kortere rij! Krijg nou tieten! Ik sleur Ollie de rij uit en met de koffers lopen we naar de ontdekte balie. Een goeie move en ik ben trots op mezelf. Dan blijkt dat er om de hoek nog een tweede rij staat. Die korte rij heeft drie meter ruimte om passerende mensen door te laten. We moeten de hoek om en sluiten keurig netjes achteraan aan. We hebben tien meter rij verloren. Olga kijkt me aan met de blik van een topchef die net zijn laatste haas door de achterdeur naar buiten ziet rennen. Ik kijk verongelijkt terug maar dat lost niks op. Wachten, dus. Na in totaal twee uur en een kwartier staan we eindelijk bij de balie. Daar gaat het flitsend. De man spreekt prima Engels. Als alles is ingevuld, geregeld en afgehandeld blijkt dat we een auto hebben die iets groter is dan wat we geboekt hebben en een extra super-de-luxe aanvullende verzekering van honderdzestig euro voor als heel Malaga met een sneeuwstorm wordt weggevaagd en onze auto meeneemt. Ik had over deze praktijken al in de krant gelezen en ik was gewaarschuwd. Ik tel dus voor twee. Maar ze doen het heel slim en het gaat rap. Ik bedenk voor de balie dat ik gewoon de grotere auto kan weigeren en de verzekering kan skippen. Maar dan sta je daar weer een kwartier langer, je bent moe, die hal is heet en je wilt weg. Bovendien is volgens het gezicht van Olga die topchef nu achter minstens vier hazen aan en ik denk “fuck it. Het zal me jeuken”. En de verhuurder weet het. De auto is een Renault Captur, diesel, vrijwel nieuw en is inderdaad groter dan een Ford Fiësta. Er zit een kras op de deur waarvan we meteen een foto gemaakt hebben. Het schadebewijs waar ik speciaal om ga vragen blijkt niet nodig want “ik ben overal voor verzekerd”. Oh ja, dat is ook zo, alhoewel ik vermoed dat ik hier nog een probleempje ga krijgen m.b.t eigen risico of zoiets.

De Renault rijdt buitengewoon prettig en heeft airco. Dat dan weer wél. We hebben zelf een navigateur meegenomen en ook dat is een uitkomst. We draaien de A7 op en Rincon is snel gevonden na pakweg twintig minuten rijden. Rincon is een gewone woonwijk. Woonhuizen en een winkelstraat vlakbij het strand. Er valt geen bal te beleven. Juan Ramon doet open en laat ons binnen. “Juan” is net zoiets als “Jan” of “John”. Er zijn er honderdduizenden van. Een epidemie van Juans. Juan spreekt geen woord buiten de deur maar hij is voorkomend, reuze aardig en doet zijn stinkende best. In rap Spaans legt hij ons alles uit, dat wil zeggen, hij doet alles voor en dát begrijpen we. Enthousiast als ik ben zeg ik overal “si” op. Dat betekent “ja” volgens Google Translate en daarmee gaan alle deuren open, schat ik zo in. Het huis is modern en heeft alle comfort. Er is zelfs een inductiekookplaat in de keuken en een hypermoderne trilplaat. Een trilplaat? Jawel, een trilplaat. Zo’n ding waar ooit Vanessa op TV reclame voor maakte. We hebben geen idee wat we ermee moeten maar ik ga er echt een keer op zitten en als dat getril lekker is wil ik er ook één. Of twee. Voor Ollie ook één. Vooruit, ik ben niet moeilijk. Het huis is spaarzaam ingericht. Spaarzaam is een ander woord voor kaal. Maar alles is er en we redden ons prima. In de woonkamer staat een moderne ventilator die ook spannende dingen met waterverdamping doet en dat overal naartoe kan blazen. Een kermis aan ledjes laten ons voortdurend zien wat ie precies doet en dat oogt spannender dan Albert Verlinde ooit geweest is.

We hebben ook dicht in de buurt een Lidl gevonden. Het kost geen drol en het biedt een ideale oplossing voor die ingewikkelde Spaanse menukaarten. Bovendien houden we niet van Paella. Onze vakantie kan niet meer stuk.

Morgen duiken we Malaga in. We hebben op internet een Nederlandse gids gevonden die fietsen verhuurt en ons alle spannende hoeken van de stad zal laten zien. We hebben er echt zin in. Daarna de bergen in. We hebben ze al gezien, die bergen. Prachtig. Wel bruin. Verrekte bruin. En we hebben een grote, ruime Renault met prima verzekering. Wat kan ons nog gebeuren?

DSC_5346 (Large) DSC_5343 (Large) DSC_5341 (Large) DSC_5340 (Large) DSC_5337 (Large)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.