Een rondje East Anglia (met valpartij)

Waar gaat het om?

Motorblad Promotor (ANWB) organiseert voor de tweede keer de Redactie Toer. Ik ben abonnee van het blad en ik ontving een email dat me attendeerde op dit tripje. Vrijdagavond negen oktober heen met de ferry vanaf Hoek van Holland inclusief drie gangen diner, zaterdag ontbijt op de boot en dan een rondje Oost-Engeland van zo’n vierhonderdvijftig kilometer (korter kan ook), zaterdagavond terug met de ferry inclusief opnieuw een drie gangen diner. Zondagochtend thuis. Voor een schappelijk bedrag. Het lijkt me wel wat. Het is dus eigenlijk een toertje voor de redactie maar het staat ook open voor abonnees van het tijdschrijft. De eerste keer bleek de interesse veel groter dan oorspronkelijk verwacht en ook nu zijn er weer honderdzestig aanmeldingen. De aanbieding is blijkbaar een enorm succes.

Inchecken

De weersverwachtingen zijn redelijk. Er wordt weinig of geen regen verwacht en een beetje zon met zeventien graden. Niet slecht. Vrijdagavond klokslag zeven uur arriveer ik bij de ferry. Er staan al zo’n veertig motoren bij de check-in  van de Stena line. Paspoort laten zien, kaartje voor de hut en kaartje voor het diner in ontvangst nemen en opstellen voor het inladen van de motor. Het gaat voorspoedig. Best een aardig gezicht, die enorme rij motorfietsen op het cardeck. Een steward wijst me aan waar ik precies de motor moet zetten en helpt me met het vastsjorren. Het ding staat als een huis, geen enkel probleem hier. Dan met de lift omhoog en op zoek naar de hut. Die blijkt zich te bevinden op dek elf, haast bovenin. Enorme gangen met deuren en het is even lopen. Daar is de hut. Kaartje in de automaat…rood licht. Nog vijf pogingen, rood licht. Ik check nog maar even het nummer maar het is echt de goede hut. Dit is het soort dingen waar ik dus snel de pest over in krijg. Nog twee pogingen, geen geluk. Ik zoek naar een oplossing. Met de schouder ertegen met geweld de deur indrukken? Die jongens van TV-series zoals CSI en dergelijke doen het altijd zo. Werkt prima. Maar daarvoor is een aanloop vereist en dat lukt niet in die smalle gang met een deur aan de zijkant. Dan schiet mij een bordje “Service Desk” te binnen dat ik ergens gezien heb. Op dek negen. Daar aangekomen krijg ik van de baliekluif zonder omhaal van woorden een nieuw magneetkaartje. Het is me duidelijk: dit gezeik komt vaak voor. Terug naar de hut en inderdaad: groen licht. De hut telt een raam, vier bedden (twee stapel links en twee stapel rechts), een burootje, iets van een hangkast en een aparte sanitairruimte. Het ziet er helemaal niet onaardig uit. Twee bedden zijn al door medereizigers geconfisceerd. Ik neem één van de twee bovenbedden. Even omkleden en dan op weg naar het restaurant op dek negen. Het restaurant zit al aardig vol. Voor de Promotordeelnemers is een apart deel gereserveerd. Keurig. Aan een tafeltje zit een man alleen met zijn telefoon te spelen. “Mag ik erbij komen zitten?”, vraag ik. “Natuurlijk”, is het antwoord. De man heet Ben en blijkt een gepensioneerde treinmachinist die al enkele jaren Europa onveilig maakt op zijn BMW-1100 RT. Al snel zijn we in gesprek over van alles en nog wat. Ben is een gezellige en vlotte prater en we klikken prima. Leuk. We nemen de electrificatie van het Nederlandse spoorwegnet door en het gekloot met de Fyra. Uiterst boeiend en leerzaam, zo’n toerrit met Promotor. Obers dienen het diner op en ook hier geen klachten. Dan doen Ben en ik nog een borrel en we lopen wat rond. In een hoek van het restaurant kan roulette en Blackjack gespeeld worden. Niet aan mij besteed, ik gok nooit. Er is een gezellige bar, iets wat op een bioscoop lijkt, een hal met gokkasten, een winkel en een promenadedek. Genoeg te doen dus maar we hebben er niet zoveel zin in. Om elf uur zoek ik mijn bed op. Eén hutgenoot ligt al te slapen. Ik kleed me uit en krijg met een uitdaging te maken: hoe kom ik dat hoge bed in? Puzzelen. Het vensterbankje bij het raam als opstap? Nee, net te ver weg. Het burootje dan? Dat ziet er minder solide uit dan ik zou willen. Als ik het van de muur trap hebben we niks meer om spulletjes op te leggen. Om over die kijkgaten naar de hut ernaast maar te zwijgen. Ik moet de rand van het onderste bed gebruiken. Maar wel voorzichtig want ik wil niet op de edele delen van mijn hutgenoot trappen. Dan krijg ik een conversatie waar ik helemaal geen zin in heb. Met wat moeite klauter ik de kooi in. Later in de nacht moet ik pissen en dus moet ik dat bed uit. Na een korte studie van één meter zestig hoogte en wat inspanning lukt het. Dan valt mijn oog op een trapje dat in de hoek aan de muur hangt. Aha. Dat maakt het leven een stuk makkelijker. Al doende leert men.

De rit en een valpartij

De boot heeft een omroepinstallatie die ook als wekker fungeert. Een dame met een erg lieve stem praat ons om 06:30 uur het bed uit. Dat is tevens de gelegenheid om kennis te maken met mijn medehutgenoten. Dan douchen, aankleden en naar het ontbijt. Opnieuw het restaurant op dek negen. Ben ziet me binnenkomen en zwaait. Gezellie. Het ontbijt is dik voor elkaar. Dan meldt de dame met de zwoele stem dat we om 08:00 geacht worden het schip te verlaten. Terug naar de hut, motorpak aan, spullen inpakken en naar het cardeck. Ben zal de korte route doen en nog een paar andere plannetjes, ik rijd de lange route. Eenmaal op de wal vertelt mijn TomTom, waarin ik de route geladen heb, me feilloos waar ik heen moet. Om onduidelijke redenen wensen die Engelsen aan de linkerkant van de weg te rijden, in tegenstelling tot de rest van Europa. Thatcher was altijd al een dwarsligger. Gelukkig laat de TomTom me zelfs zien hoe ik de rotondes moet rijden: linksom in plaats van rechtsom. Vergissen is niet mogelijk. Omdat we met honderdzestig mensen op pad zijn is het logisch dat je het eerste uur vrijwel vanzelf in groepjes terecht komt maar daarna waaiert het uit en kom ik alleen te rijden. Dat vind ik ook prettiger want dan kan ik zelf bepalen hoe hard of zacht ik rijd en wanneer ik stop. De route is uiterst gevarieerd en gaat voor een flink deel over smalle binnenwegen, vaak meer boerenlandweggetjes. Hoge heggen, onoverzichtelijke bochten, soms grind en zand op de weg, afgevallen bladeren. Tenslotte gaat het ook nog een beetje miezeren en wordt de boel nat en dus glad. Het slingert links, het slingert rechts. Met die natte troep op de grond rijd ik op eieren. Dan, bij een kruispuntje in een bos, gaat het fout. Ik rijd pakweg een dertig km/u, nader de kruising, kijk eerst naar links (zoals thuis) en dat is dom want als ik daarna naar rechts kijk zie ik op hooguit vijftien meter ineens die auto die, uiteraard, aan de linkerkant rijdt. Ik schrik en knijp in een reflex vol mijn voorrem in. Mijn achterrem gebruik ik zelden. Ook niet altijd handig. De weg blijkt spekglad, mijn voorwiel glijdt onderuit en ik klap op de straat. De auto wil linksaf, waar ik uitkom, en rijdt gelukkig langzaam. Hij staat vrijwel meteen stil. De man stapt uit, gezamenlijk tillen we mijn motor overeind en bekijk ik de schade. Die valt reuze mee. Een paar krassen, meer niet. De valdoppen op mijn motor hebben de grootste ellende opgevangen. Fantastisch, die dingen! Het kost een beetje moeite om de brommer te starten maar tenslotte vertoont ie weer leven en kan ik mijn weg vervolgen. Moraal van dit verhaal: in Engeland altijd eerst naar rechts kijken en ABS op de motor is handig. Dat heeft mijn brommer niet. Hiermee zou ik waarschijnlijk overeind zijn gebleven. De route gaat verder door bossen en wouden, natuurgebieden, vennetjes, kleine dorpjes met typische Engelse cottages en vakwerkhuizen. Langs pubs (gesloten) en restaurantjes (gesloten). Langs kleine kastelen. Het wordt weer droog, de zon komt een beetje door en de wegen worden iets breder, overzichtelijker en wat makkelijker te rijden. Sommige stukken landschap (de Fenlands) lijken sprekend op Noord-Holland. Da’s ook logisch want ze zijn ooit aangelegd door Nederlandse ingenieurs. De wegen door de Fenlands is ook een verhaal apart. Tamelijk rechttoe rechtaan maar net een wasbord. Je rijdt er overheen alsof je op een paard in een rodeo zit. Ergens klap ik zo hard in een kuil dat de bok van mijn motor tegen het wegdek tikt en het voelt alsof er een olifant op mijn rug is gaan zitten. Gelukkig zijn Triumphs onverwoestbaar. Tegen vijf uur ‘s-middags ben ik terug in Harwich. Ik ben niet de eerste. Er staan al zo’n twintig motoren geparkeerd bij de check-in. Ben staat er ook en we wisselen ervaringen uit. Wat een beetje jammer is: we moeten wachten tot haast acht uur ‘s-avonds voordat we de boot op kunnen. Gelukkig komt er tamelijk snel een steward van Stena-line aanrijden die de wachtruimte open gooit zodat we binnen wat comfortabeler kunnen wachten maar al met al zitten we drie uur met de armen over elkaar te niksen. Als ik dat eerder had geweten was ik ergens een kroeg ingedoken, aannemende dat er tenminste kroegen te vinden zijn die open zijn op dat tijdstip. Want dat is ook een puntje in Engeland, er gebeurt weinig of niks in die stadjes.

Afsluiting

Eenmaal weer op de boot, de motor vastgesjord en de hut gevonden (ik ben nu de eerste en arresteer het onderste bed) is de zaterdagavond bijzonder gezellig. Ben en ik babbelen opnieuw wat af, jongens aan het tafeltje naast ons doen prettig mee, we werken een fles wijn weg en het diner is opnieuw uitstekend. Zondagochtend zelfde tijd lult de zwoele dame ons opnieuw het bed uit en volgt een herhaling van de zaterdagochtend. Om negen uur rijd ik de tuin in, parkeer de brommer en vertel Olga wat ik allemaal heb meegemaakt. Dat is al met al beslist een herhaling waard, zonder die valpartij dan, met dank aan de mensen van de ANWB en Promotor die dit hele gebeuren voortreffelijk georganiseerd hebben. Volgend jaar ben ik weer van de partij, denk ik.

3 reacties

  1. Peter schreef:

    mooi verhaal weer en leuk avontuur

  2. Jan Kruithof schreef:

    Erg leuk verhaal Ron. Met het nodige plezier gelezen. Ook goed on te lezen dat de route is bevallen.

  3. Jasper schreef:

    Leuk verhaal om te lezen. Ben vorig jaar mee geweest maar kon dit jaar helaas niet. Volgend jaar zeker weer!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.