07 – Weer naar Santiago. Schade!

Nee. Wij niet. Goden zij dank! Maar als we op de plaats des onheils komen, precies in een scherpe bocht aan het eind van een lang recht stuk, en de ellende aanschouwen, is dat toch even niet leuk. We moeten er langs. We stoppen, we kijken even, en rijden door. Er zijn al genoeg Spanjaarden gestopt om te helpen. En we spreken de taal niet. Een ouder echtpaar heeft kans gezien de auto in het midden van een andere te boren. En niet zachtjes. De schade is groot. Wat er precies gebeurd is is gissen. Nee, we maken geen foto’s en filmpjes. Natuurlijk niet! We zijn geen ramptoeristen. Die mensen hebben al genoeg sores aan het hoofd.

Adrie heeft de vorige avond toch kans gezien ergens wat eetbaars te scoren. Hij heeft één aardappel, één courgette, één paprika, één blauwe ui, teentje knoflook en één tomaat. En een paar blikken zelf meegenomen kruiden. Ik zie de spullen en denk “hmmmm…..”. Eerlijk is eerlijk: hij heeft er een feestmaal van gemaakt. We zijn nu vegan. Hatseflats.

We verlaten om half tien de camping en zetten koers naar Leon, het geplande eindpunt van vandaag. Met een omweg door de Picos de L’Europe. De lucht is strakblauw en we noteren een heerlijke tweeëntwintig graden. We doen relatief veel doorgaande binnenwegen. Met een D-nummer. In Spanje is dat geen straf. Prachtige overzichtelijke wegen die door het landschap slingeren. We mogen er max negentig maar we ontdekken dat honderddertig ook goed te doen is. Daarmee worden ook de slingers leuker. We moeten alleen even remmen bij de dorpen, we doen netjes vijftig, en bij de vooraf aangekondige flitsers. Dat zijn er niet heel veel. Met dit tempo schiet het lekker op want de te rijden afstand is vierhonderd kilometer. Het gaat lekker vlot. Tanken. Moet ook gebeuren. Ik moet de brommer kort omdraaien, doe dat en verlies mijn evenwicht. Ik voel de brommer naar mijn been komen en weet: “leg maar neer”. En zo geschied. Er staat meteen een Spanjool naast me om me te helpen het ding overeind te sjorren. Een minuut later staat de boel weer op twee wieltjes. Top. Schade? Niet. De zijkoffer heeft er een handtekening bij. Maar er stonden er al een paar. En doorrrr.

We draaien de Picos in. Er ligt een enorm stuwmeer. En een weg eromheen. Dat betekent dat we weer aan de bak mogen. Geen straf. We zijn pakweg een uur bezig met alleen kantelen. “We gaan naar links…. en rechts….”. Op een prachtig uitkijkpunt doen we wat foto’s. Daarna komt Leon in beeld. Het plan is om vlakbij de camping even boodschappen in een supermarkt te doen. Die moeten we dan wel kunnen vinden. De Garmin maakt er een bende van. Dan roept Adrie: “ga jij de camping van fixen, dan doe ik die boodschappen”. Goed plan. De camping is in een no-time gefixt. Een simpel ding met een heerlijk plekje onder de bomen. Het tentje is snel opgezet maar Adrie blijft uit beeld. Daar ga ik me op zeker moment zorgen over maken. Want je weet het niet hè. Om half zeven komt Adrie aangeprutteld. Anderhalf uur later. Met een grote grijns op het gezicht. Hij heeft een gigasupermarkt gevonden. Zo’n ding waar zes AH’s in passen. En hij heeft van alles en nog wat gescoord. Gamba’s, onder andere. Hij gaat mij leren hoe ik die dingen pel. Pellen? Moet dat? Ja, dat moet. Oh.

Dat pellen is snel geleerd. En dan? Zijn die dingen lekker? Mwoahhh… gewoon kip. Maar dan met extra gedoe. Ik snap de drukte niet. Doe gewoon kip… klaar. De gangen die erna komen zijn opnieuw feest. We ronden af met een slokje whisky. Het lijkt wel vakantie.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.